Toneel / Performance

Dorian Bastiaan Vandendriessche

#Funny-in-a-cringy-way

Waarom zou je ‘The Picture of Dorian Gray’, de beroemde novelle (1890) van Oscar Wilde nog maar eens vertalen naar het podium? Bastiaan Vandendriessche geeft er een overtuigend antwoord op. Hij vertaalt Wilde’s verhaal over obsessieve esthetisering naar de digitale context vandaag. Zijn ‘Dorian’ zoekt obsessief naar een verhouding tot nieuwe sociale media. Hij wil voor de buitenwereld een beeld ophangen van wie hij is of zou willen zijn. Dat werkt verslavend en verstikkend. Je schiet bij deze rake voorstelling meermaals luidop in een lach, maar ze houdt je bovenal een spiegel voor. 

Dorian
Siebren Nachtergaele Minardschouwburg, Gent meer info download PDF
06 oktober 2021

Performer Bastiaan Vandendriessche studeerde eerst Internationale politiek aan de Universiteit Gent en vervolgens Kleinkunst aan het conservatorium van Antwerpen. Hij verdiende reeds zijn strepen als performer bij Ontroerend Goed en 4Hoog, maar maakt ook zelf voorstellingen. Naar eigen zeggen flirt hij als sinds ‘De fuut’ (Zuidpool 2017), ‘A White Man’s Burden’ (2018) en ‘Mockingbird’ (2019) met de dunne grens tussen realiteit en fictie. Dat is in ‘Dorian’ zeker het geval.

Als het publiek de zaal binnenkomt speelt Vandendriessche al zachtjes op de piano die rechts achteraan op het podium afsteekt tegen het witte achterdoek. Het enige andere attribuut is een pedestal links achteraan op de scène. Daarop prijkt een vaas met een bloem en ernaast een gsm. Zijn strak grijs kostuum, hooggehakte schoenen en met gel naar achteren geborsteld haar maken hem één en al dandy. Hij vraagt op spontane wijze aan het binnensijpelende publiek welk nummer ze willen horen. ‘Hey Jude’ van The Beatles wordt het. Hij brengt er zijn eigen versie van op het klavier. Hij betrekt je zo bij het spel nog voor je goed en wel de rol van toeschouwer hebt opgenomen.

Meer zelfs: Vandendriessche regisseert het publiek al van bij het begin van zijn voorstelling. Hij draagt het op om op zijn teken luid te joelen en te applaudisseren, alsof hij een gevierde ster was die instant bewondering en liefde kan afdwingen. Het zet meteen de toon. Daarom wordt het zaallicht trouwens niet gedoofd. De performer wil niet alleen gezien worden, hij wil ook zien dat hij gezien wordt. Hij wil zien hoe wij, zijn publiek, hem bejubelen. Zo staat het publiek mee in de schijnwerpers. Het ‘is erbij’ en wordt daarin gezien.

Na die aanloop vat Vandendriessche zijn conférence aan. In het Engels. Het gaat erover dat hij als kind nog een heel gewoon leven leidde. Dat lijkt niet langer het geval, en hij bevraagt zichzelf daarover. ‘Do I know myself? If I do know myself, who or what am I?’ maar besluit: ‘Doesn’t matter’. Vervolgens vraagt hij zich af ‘Am I a vain person?’. Hij bedenkt een paar mogelijke antwoorden zoals ‘Yes, you are’ en ’No, you don’t’, maar ook de wedervraag ‘Why is he asking this question?’ en het nietszeggende ‘Multiple answers’. Daarmee krijgt hij de lachers op zijn hand. Maar bij volgende vragen blijkt stilaan dat hij eigenlijk weigert een antwoord te geven op vragen over zijn persoon, omdat elk definitief antwoord een manier is om die niet langer in vraag te stellen. De zelfbevraging krijgt zo onverwacht iets dwangmatigs.

Het begon allemaal twee jaar eerder, na een zwaar nachtje stappen, vertelt hij. Depressief en energetisch opgehitst tegelijk nam hij een selfie in de badkamer, met bloot bovenlijf. Die foto stuurde hij naar zijn beste vriendin die prompt reageerde met ‘Oh nee, Bas, dit is verschrikkelijk’ met daarbij een lachend en wenend emoticon én de vraag ‘Mag ik die op Instagram posten?’. Maar dat deed hij liever zelf.

Vanaf dat moment, beweert de performer, trad hij in de voetsporen van Dorian Gray, de ‘held’ van Oscar Wilde’s roman. Omdat wellicht niet iedereen in het publiek de novelle van Wilde kent vat hij de plot snel samen. Kunstschilder Basil Hayward maakt een perfect schilderij van de mooie Dorian. Die doet de wens dat hij altijd zo mooi mag blijven als op het schilderij. Ondanks het liederlijke en verdorven bestaan dat hij leidt op aanstoken van Sir Henry Wotton gebeurt dat ook. De beeltenis op het schilderij wordt echter steeds lelijker. Als hij in een vlaag van berouw over zijn misstappen het schilderij met een mes doorboort, keert dat terug naar zijn oorspronkelijke staat, maar Dorian zelf overlijdt als het lelijke monster dat hij geworden is.

In tegenstelling tot het oorspronkelijke verhaal is er hier geen sprake van een fysiek schilderij. Dorian krijgt hier eeuwige jeugd en schoonheid online, maar leeftijd speelt wel in de echte wereld. Bastiaan Vandendriessche neemt hier plaats op de pedestal met de vaas in zijn handen, om te wijzen op de vergankelijkheid van fysieke schoonheid. Deze inversie is een intelligente manier om nieuwe resonanties te brengen in de roman van Wilde.

Vandendriessche doet daarna zijn vest en hemd uit om te pronken met zijn schoonheid.Iemand achter me zegt: ‘Blijkbaar is het oké om je shirt uit te doen’. Het publiek blijkt inderdaad sterk betrokken bij de voorstelling. Het verlangen om gezien en geliefd te worden vindt weerklank. Meteen daarna opent Vandendriessche zijn instagrampagina ‘Dorianbasilhenry’, die verwijst naar Wilde’s personages op zijn smartphone. Het beeld verschijnt ook op het achterdoek. Je ziet foto’s van de performer met quotes als ‘I don’t know what’s happening, embrace the search’, en ‘True freedom lies in your heart’. De meligheid ervan doet het publiek opnieuw luidop lachen.

De verbinding met Instagram lijkt symbool te staan voor een ik-gerichte westerse cultuur en een bijhorende ‘presentation of self’, zoals socioloog Erving Goffman dit beschreef. Hierbij spreekt vooral de kwetsbaarheid van zijn persoonlijke zoektocht. Hij geeft met een knipoog mee dat het binnen de westerse cultuur niet hoort om een stuk over jezelf te maken. Behalve als het gaat over ijdelheid, dan mag het wel, zo redeneert Vandendriessche, omdat dit universeel thema is.

De kracht van de performance die volgt zit in de wijze waarop hij zijn eigen verhaal tot fictie weet te maken. Wanneer hij door zijn account met afbeeldingen scrolt spreekt hij terug Nederlands zoals bij de inleiding van het stuk. Als hij Engels spreekt is hij Dorian, als hij Nederlands spreekt gaat het over Vandendriessche zelf. Nooit weet je of wat hij beweert waar of onwaar is, of hij het heeft over zijn fysieke zelf of zijn digitale alter ego. ‘Wild Imagination’ van Kurt Vile is de soundtrack bij deze conférence. De tekst ervan is veelzeggend: ‘I'm looking at you. But it's only a picture so I take that back. But it ain't really a picture. It's just an image on a screen’.

Hij belichaamt tegelijk Dorian, Basil en Lord Henry. Verstrikt in zijn ijdelheid, zich presenterend als kunstenaar en als Lord Henry die hem giftige zaken influistert en mentaal en moreel sterk aanstuurt. In de roman doet Lord Henry dit ook. In de performance Dorian uit dit zich als zijn geweten. Hij vertolkt dit als een klein stemmetje in zijn hoofd dat hij theatraal brengt met zijn handen die een mannetje vormen en hem zaken influistert die uitdagend en destructief op hem inwerken. Uitspraken als ‘Loser en ‘You coward’ jagen hem op stang en zo krijgt hij bijna een zenuwinzinking.   

‘Vind ik mijzelf knap?’ ‘Ik weet het niet’, zegt hij. ‘Ik wil allesbehalve ijdel zijn, maar het lukt mij niet. Ik wil dat mensen van mij houden’. Hij toont een kwetsbare kant, waarbij een onzekerheid spreekt, onder invloed van een dagelijkse stroom aan sociale mediabeelden van perfect ogende mensen. ‘Allemaal mensen die aandacht nodig hebben’. ‘Die een verhaal willen vertellen’. ‘Ergens willen bijhoren is van alle tijden’, zegt hij treffend. Het kan echter wel uit de hand lopen. De influisterstem van Lord Henry zegt hem op een gegeven moment ‘You’re a sick boy’, wat hem stimuleert om zijn virtuele alter ego Dorian dood te verklaren.

Wie hier een bewerking van The Picture of Dorian Gray van Wilde verwacht is eraan voor de moeite. Bastiaan Vandendriessche actualiseert dat werk door het te verbinden met de selfie-Instagramcultuur van deze tijd.

De voorstelling drijft in belangrijke mate op de projectie van Instagramafbeeldingen. Dat ondergraaft het theatrale karakter ervan enigszins. Hij begeleidt dit tevens met uitspraken in Gentse tussentaal, waardoor het verhaal dicht bij hemzelf komt te staan. Tegelijkertijd bespeelt hij op die manier treffend het spel tussen het reële en digitale zelf, als werkelijkheid en fictie die met elkaar aan de haal gaan.

De performance handelt over de zoektocht naar hoe te ontsnappen aan ijdelheid en de onmogelijkheid hiervan. Een zoektocht naar bevestiging, aandacht en liefde. Ergens bij willen horen is een universele menselijke behoefte. Alleen kan het een obsessief en destructief karakter krijgen. De voorstelling doet je luidop lachen, maar in de lach schuilt ook een wrang karakter. ‘Funny in a cringy way’, stelt hij zelf. Het zegt immers ook iets over jou. De voorstelling is niet alleen de afbeelding van Dorian, maar ook van jezelf en ruimer de westerse samenleving die verstrikt zit in een ego-gerichte visuele cultuur vol onzekerheid, ijdelheid en zelfobsessie. IJdelheid die vervat zit in een digitale afbeelding van jezelf is immers niet louter een verachtelijke zonde, maar bovenal een spiegel van menselijke kwetsbaarheid, zo verkondigt deze performance op overtuigende manier. 

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login