Toneel

Ensor Concours 2024 Theater Stap

The Ensor is blowing in the wind

 Dit jaar is schilder James Ensor precies 75 jaar geleden gestorven. Dat mag gevierd worden. Vlak naast het graf van de meester, aan de Ter Duinenkerk in Oostende, presteert Theater Stap in zijn ‘Ensor Concours 2024’ een even respectvol als ontheiligend eerbetoon: een serie theatrale acts geïnspireerd door zijn oeuvre, aaneengepraat door Michaël Pas en Alice Reijs als hilarisch koppel. Ensor staat erbij als buste en kijkt ernaar. Volkser en burlesker had hij het zelf niet kunnen bedenken. Poëtischer evenmin.        
Ensor Concours 2024
Wouter Hillaert begraafplaats Ter Duinenkerk, Oostende, in het kader van TAZ 24 meer info download PDF
06 augustus 2024

‘Goedenavond, dierbare ensorianen, op ons jaarlijkse spektakel!’ Met een licht Kempisch accent, de haren vettig opzij gekamd, speelt Michaël Pas de breedvoerige presentator van de show. Hij stelt zich voor als Jean Frederiks, groot Ensor-afficionado. Samen met zijn vrouw Tanja (Alice Reijs met de eeuwige glimlach van Bé van ‘Rad Van Fortuin’) organiseert hij al voor het elfde jaar op rij zijn vaste ‘Concours’. Uit heel de Benelux – ‘en deze keer zelfs met twee Italiaanders!’ – komen amateurs allerhande meestrijden voor ‘de coup’: een groot rond huldeteken met de beeltenis van de schilder, als hoofdprijs voor beste theatrale eerbetoon aan Ensors’ werk. Het krijgt een mooie plek in de halve cirkel van ensoriaans beschilderde doeken die het podium afzoomt. We zitten in openlucht op het grasplein voor de kerk, als voor een bende circusartiesten die hier neerstreken.

Voor deze editie konden Jean en Tania ook Gunther Vander Schralen strikken: een connaisseur die alles weet over Ensors oeuvre, en mee in de jury zal zetelen. In een zijden dasje beent Jonas Leemans de ring in als omhooggevallen expert. Hij blijft de hele wedstrijd lang met getuite lippen van zijn glas wijn nippen, tot hij compleet dronken afgevoerd zal moeten worden – niet zonder eerst zelf nog halfnaakt, met een onderbroek over zijn hoofd, een eigen evocatie te brengen.

Nee, erg serieus is dit ‘Ensor Concours’ van Theater Stap niet bedoeld. Veeleer zien we een burlesk spektakel dat van act naar act meer en meer ontspoort. Pas amuseert zich met zijn typetje, een combinatie van Xavier De Baere en Mr. Bean. Reijs en Leemans proberen elkaar steeds meer de loef af te steken in wie het meeste weet over de meester.  Hoeden raken kwijt, Italiaans wordt heel mank simultaan vertaald, kandidaten komen elkaars optreden verstoren, Leemans raakt zelfs slaags met een zitbank… Meer en meer wordt de voorstelling slapstick, maar toch heb je nooit het gevoel l dat ze over the top gaat. Je ziet gewoon drie acteurs die zich totaal uitleven en daar ook goed in zijn. De lachsalvo’s rollen van de tribune.

De hoekige gestiek en de karakterkoppen van de Stappers geven Ensors werk alleen maar extra expressieve uitstraling.     

Het eindigt ermee dat Marc Bryssinck, regisseur van de voorstelling, met een geschoren moustache en in een politiekostuum komt vragen ‘om die plaat af te zetten’ en met de arm der wet verbiedt dat er nog zo’n redeloze troep te zien is in de openbare ruimte. ‘Kunst draait om schoonheid!’ Zijn interventie haalt niet alleen onverholen uit naar de kunstvisie van N-VA, maar actualiseert ook wat Ensor in zijn eigen tijd allemaal over zich kreeg van de bourgeoisie. ‘Ensor Concours 2024’ plaatst zich in diezelfde traditie. Bryssinck en co verdedigen een breuk met de academische norm.

Tegelijk past deze voorstelling net als gegoten in het respect voor de Vlaamse Meesters dat de Vlaams-nationalisten actief promoten. Tussen alle komiek door krijgen we immers de kern van deze show te zien: korte beeldende evocaties door negen Stappers, professionele acteurs met een beperking. Ze wisselen alle grappen en grollen af met een bijzondere poëtische rust. Achter knappe maskers en in beschilderde kostuums die zo uit de schilderijen van Ensor gestapt komen, brengen ze vooral het coloriet en de eigenzinnige verbeelding van zijn expressionistische oeuvre weer tot leven. We zien grote vogelbekken met chinoiserieën, grijnzende skeletten en doodskoppen, wulpse vrouwen en ambtenaren met een veel te grote bril. Eén actrice smokkelt er met haar ‘zelfportret met zwarte ooglap’ een Rik Wouters tussen, maar wordt daarvoor meteen uitgesloten van competitie.

De hoekige gestiek en de karakterkoppen van de Stappers geven Ensors werk alleen maar extra expressieve uitstraling. In al hun schijnbare onaangepastheid passen ze net perfect in het plaatje. Eens te meer slaagt Theater Stap erin om de specificiteit van zijn spelers in te zetten als een visuele kracht en een dramaturgische verrijking. Maar misschien nog het knapste werk voor deze voorstelling heeft Geertje Vangenechten afgeleverd, die de maskers en de kostuums vervaardigde. Ze zijn dienstbaar en toch autonoom. Samen met de spelers doen ze Ensor weer spreken, net omdat hij niet slaafs na-gepapegaaid wordt. We zien in ‘Enso Concours 2024’ een authentieke interpretatie van de Meester, breed toegankelijk en toch sterk geïnformeerd, wars van elk intellectualisme.

Ook de terugkerende commentaren van de jury bieden een opvallend dubbele omgang met dit erfgoed. Vander Schralen mag dan wuft en betweterig overkomen, zijn duiding leert de kijker niet alleen veel bij over leven en werk, ze haalt ook de romantiek onderuit die met elke meester-viering gepaard gaat. Ensors politieke betekenis? Hij zou zich volgens Vander Schralen nauwelijks voor politiek geïnteresseerd hebben, alleen pissig zijn geweest over het volbouwen van de duinen. Ensors unieke originaliteit? We krijgen te horen dat hij vooral goed was ‘cut en paste’ was, binnen een lange traditie die allang voor hem is begonnen.

Zo biedt Stap een lesje kunstgeschiedenis als een heel vermakelijk kijkstuk. Zowel de dramaturgie als de ambachtelijkheid ervan impressioneert. ‘Ensor Concours 2024’ doet je weer beseffen: goeie kolder met een verhaal zien we in ons theaterveld veel te weinig. 

Noot: In de oorspronkelijke versie speelde Dimitri Leue de rol die Michaël Pas opneemt. De foto van Sigrid Spinnox is getrokken in Oostende, de andere zijn de oorspronkelijke versie in Turnhout. 

Genoten van deze recensie? Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand. Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login